Deze tijd vraagt niet om nieuwe antwoorden, maar om anders waarnemen.
We leven in een tijd die iets in ons wakker schudt. We kunnen niet langer doorgaan zoals het ging. Niet voor de natuur. Niet voor de mensen die overal ter wereld onder embargelijke omstandigheden leven. En dichter bij huis: niet op de manier waarop we nu onderwijs en (jeugd)zorg organiseren.
Laten we niet zoeken naar snelle oplossingen, laten we elkaar niet bevragen op ‘maar hoe moet het dan?’, maar laten we traag en moedig afzakken naar zienswijzen waar we zelden gebruik van maken. Daar, in die rafelranden van het weten, ontstaan nieuwe inzichten die zomaar een kleine verschuiving in je zijnswijze kunnen brengen.
Dat noem ik MorgenMaken. Niet als methode, maar als uitnodiging tot ademruimte. Er verschuift iets als je ziet hoe alles met elkaar samenhangt en identiteit, interactie en verandering continu in beweging zijn. Dat geeft een scheur in het vanzelfsprekende. Een verzachting die de harde grenzen even laat golven.
In mijn werk beweeg ik tussen cultuur, bewustzijn en systeemverandering. Niet vanuit controle, maar vanuit nieuwsgierigheid naar wat er verschijnt als we onze gevoeligheid serieus nemen.
Ik werk ervaringsgericht, met ruimte voor wat zich wil ontvouwen. Niet om iets te fixen, maar om te herinneren wat we allang wisten: dat wij niet losstaan van de wereld, maar ermee samenvallen.
Deze manier van werken vraagt geen nieuwe vaardigheid, maar een andere houding. Want echte transformatie ontstaat niet door forceren, maar door ruimte te laten aan wat al in beweging is.
